Een avond in NY

“Misschien zie ik je straks bij de Comedy Cellar dan! Ik ga alvast een half uur van tevoren in de rij staan”, zei ik tegen Daan. Op mijn nieuw gekochte Birkenstocks hoopte ik mijn blaren wat ruimte te kunnen geven. Nieuwe schoenen kopen en je oude direct wegdoen en je volledige vakantie verder gaan op nieuwe schoenen? Een leerproces…

Ik verbleef bij mijn neef en zijn huisgenoot+hond in Washington Heights. Voor de Cellar moest ik naar Soho. Ik nam de metro naar Times Square en liep de rest naar Lower Eastside om daar een natuurwijn-bar te bezoeken, alvorens in de rij te gaan staan van de bekende New Yorkse comedyclub.

Alles verliep volgens schema. Ik stond inmiddels in de rij. Was nummer 25 en ik gaf mezelf een goede kans. Voor mij stond een kerel die ook in zijn eentje was. Hij sprak me aan: “Is this place really worth it? I have never been here before.” Ik vertelde hem dat deze plek geweldig is. Toen ik zei dat ik in Amsterdam ook wel eens op het podium stond wilde hij mij gelijk volgen op Instagram. Hij bleek uit Canada te komen, en was benieuwd naar de Comedy Cellar. Ik was er al een aantal keer geweest, en hij was inmiddels overtuigd van de waarde van het wachten,

De eerste 10 mensen mochten mee met de bouncer. Dit was een grote zwarte man die duidelijk de teugels in handen had. Vijf minuten later mocht ineens iedereen mee met de grote zwarte bouncer. Bij de deur aangekomen zei de een stuk kleinere witte man tegen mijn Canadese medewachter dat het vol was en dat er niemand meer bij kon. Beteuterd keek de Canadees mij aan.

Daarna vroeg hij aan de kleine witte man of er wellicht wel nog een plaatsje voor 1 was. Hij liet een van de medewerksters kijken. Er was nog een plaats voor 1, en de Canadees keek mij nu vol medelijden aan. “ Are you sure you are oké with this? I mean…” Ik zei hem direct dat hij moest gaan en dat ik al meerdere keren hier geweest was. Vanbinnen ging ik kapot. Een van de redenen dat ik in NY was ging nu aan mijn neus voorbij. Ik ging het het er niet bij laten zitten besloot ik.

“Excuse me sir. Is there any option for another place for 1 person?” “ No I am sorry. You can line up for the next show. All the reservations are sold out.” Nee! Tyfus. Ik liep naar het café erboven om daar te kijken of ik misschien een biertje zou nemen en daarna weer in de rij zou gaan staan. Het stond me niet aan, en ik liep weer naar buiten.

Buiten aangekomen zie ik ineens een personeelslid van de Comedy Cellar het kleine trapje oplopen en naar de kleine witte man fluisteren. Een duo dat willekeurig langsloopt groet de man en vraagt: “Is there a show now, and are there maybe 2 seats left?” De man zegt: “Yes for sure! Can i get your phones and please put them in this bag.” Mijn hart begon harder te kloppen, en ik zag mijn kans schoon.

Terwijl de man bezig is met de kaartjes uit te delen ziet hij mij, zijn grootste hel op aarde. Hij roept in het luchtledige: “FUCK”. Waarna de 2 mensen naar binnen lopen en ik uiteraard de vraag stel: “Hello sir, you told me its sold out. I’ve been standing in line for half an hour and these people are going in? Can you explain me that?” Waarop hij keihard zegt: “Thats our business”

“I respect that sir, but you can also imagine that I’ve been waiting and people are still going in, while you said to me its sold out?” Hierop besluit de vrouwelijke collega naast hem heel aardig tegen mij te liegen: “These people were part of a group, thats why they could go in.” In een laatste poging probeer ik een reservering voor de volgende show eruit te halen maar ik krijg de volgende zin naar me geslingerd:

You are starting to annoy me now. You can stand in line for the next show, all reservations are sold out. Deal with it.” Daar stond ik dan. In een afgeladen MacDougalstreet. Waar comedy bruist, en waar de lach moet zegevieren. Ik loop alsof ik in een film keihard ben afgewezen door een prachtige vrouw, die daarna wel ja zegt tegen een veel knappere man.

Wat moet ik nu doen? Waar ga ik nu nog blij van worden? Ik heb op mijn lijstje ook nog een aantal natuurwijnwinkels staan. Op Elizabethstreet weet ik dat er eentje zit. Dat is redelijk in de buurt. Ik besluit daarheen te lopen. Op MacDougal street vraagt een propper of ik nog naar een live stand-up comedyshow wil komen kijken. Fucking mosterd na de maaltijd. Nee, is mijn antwoord.

Aangekomen op Elizabethstreet loop ik aan de juiste weghelft om de wijnwinkel genaamd “Wine Therapy” te vinden. Precies. Ik heb therapy nodig. Wine Therapy. Ik kom 2 flessen tegen die in Amsterdam niet meer te krijgen zijn, en waar ik zeer waarschijnlijk wel blij van ga worden. Wellicht kan ik Daan en z’n huisgenoot hier ook wel blij mee maken.

Ik ga naar het eerste de beste metrostation met mijn therapy in m’n tas. Op het metrostation gaat de automatische WiFi aan op mijn telefoon. Een app van Daan: “Hoe gaat ie?” Ik vertel dat ik me hard genaaid voel, dat de bouncer absoluut niet mee wilde werken en ik niet naar binnen mocht. “Ben je lam?” Nee absoluut niet. Ik heb 1 wijn gedronken, maar die gast was gewoon super naar.

Oké Karel, hier is ook een situatie. Er is een zoom-werkoverleg wat totaal niet oké gaat hier. Er wordt echt onredelijk geredeneerd en veel te veel geld gevraagd. Dus wees je ervan bewust dat je even stil moet zijn als je binnenkomt.” “Ja prima dat is goed. Ik haal ook pizza, wil jij ook?”

Ik kom net de pizzatent uit, vlakbij het huis van Daan. Hij heeft me buiten opgewacht, omdat hij wist dat hij nu met 2 mensen moest dealen die totaal in een “WTF!” sfeer zaten. We sluipen langs zijn huisgenoot die met zijn hoofd flink in zijn laptop zit, waaraan zelfs de meest gevoelloze persoon zou merken dat dit een serieus en stevig werkoverleg is.

We lopen de slaapkamer van Daan in. Ik ga in een hoekje op de grond zitten en gooi de pizzadoos open. Daan heeft intussen een kurkentrekker gevonden en popt een van de 2 flessen open. We proosten. Op dat moment komt zijn huisgenoot binnen. “What the fuck just happened! Jesus Christ! What a hell of a meeting!!” Hij vertelt wat er allemaal wel niet mis was met die meeting, en daarna vertel ik hoe verschrikkelijk mijn ervaring was met de bouncer.

We proosten met z’n drieën en Daan en ik gaan daarna voor de lach en zetten Lucky TV aan met Willy en Max. We lachen hard en ik begin de deceptie van de Comedy Cellar lichtelijk te vergeten. Daan’s huisgenoot vertelt ons dat hij een rondje met de hond gaat doen en straks weer terug zal zijn. Prima. Twintig minuten later komt zijn huisgenoot binnen met de tekst: “ Daan, you know…”

Waarop Daan zegt: “No I don’t?” “You know I would always ask you to have another dog right?” Zijn huisgenoot had opeens nog een hond bij zich! Een hond van de straat! Gewoon meegenomen! Ik dacht dat ik alles al had meegemaakt die avond, maar blijkbaar kon er nog wat bij!

Daan en ik zijn als de dood voor honden. Ik had net vrede met die ene die ze al hadden. Nu hadden we opeens een hond erbij die ze ballen en z’n penis nog had. Een keiharde blaf tentoonstelde en het ook niet erg vond om z’n tanden te laten zien. Wauw. Daan en ik werden bang. What the fuck! Hoe moeten we nu ‘s nachts naar de wc? Straks bijt die hond ons.

De oplossing was dat de hond zich voegde bij de huisgenoot op de kamer. Daan was gerustgesteld, en ik daardoor ook. Ik moest twee uur later naar het toilet. Ik ging, en toen ik door de deur weer naar buiten wilde gaan hoorde ik een keiharde “BOO!” Daan’s huisgenoot wilde me laten schrikken, en gaf me daarna een knuffel en zei: “It will be allright. Stop being scared. You just have to start to know eachother”

Tot de volgende keer,

K.

Deel dit bericht