Bruggen

Een jaar geleden stond ik in New York naar deze bruggen te kijken. Bruggen. Ze fascineren mij, letterlijk en figuurlijk.

Een brug helpt mensen van de ene kant naar de andere kant. Over water, afgronden en wegen. Zo’n brug geeft zekerheid. Het geeft een optie tot iets wat daarvoor nog niet mogelijk was. De rivier oversteken, een klif trotseren, of een weg ontwijken.

Zo’n brug is dus eigenlijk een trucje. Een trucje wat je bedenkt voor een probleem wat je hebt. Daarom bestaat het woord ‘overbruggen’ ook. Soms moet je iets overbruggen. Dan ben je op zoek naar een oplossing voor iets. Je bent in je hoofd een brug aan het bouwen.

Ik had jarenlang een grote poster van de IKEA boven mijn bed hangen.
De Magere Brug in Amsterdam. Zo toonde ik een ‘echte’ Amsterdammer te zijn. Gelul natuurlijk, maar een brug is wel daadwerkelijk een teken van connectie. Als er in een land iets moet gebeuren qua sociale cohesie, dan gaat men ‘bruggen bouwen’.

Het gekke is dat wij in deze tijd een enorme bruggen met elkaar aan het bouwen zijn, en dat die brug voor iedereen een anderhalve meter lang is. Iedereen voelt een bepaalde afstand tot elkaar, maar daardoor is de connectie er ineens wel. Je let meer op elkaar. Je ziet elkaar opeens. Dat kleine glimlachje, de pas inhouden.

Ik merkte dat toen ik de afvalcontainers bezocht, dat is mijn enige buitenmoment. Maar tijdens dat moment voelde ik opeens dat de afstand mooi gehouden werd. We gaven dat knikje. We toonden die glimlach en begrip naar elkaar. Volgens mij is dat echt een prachtige brug in deze crisis. Want dat het een crisis is staat buiten kijf, laat daar geen misverstand over bestaan.

Het elkaar zien en het bijbehorende begrip op straat is geweldig. Ook al is dat momenteel op anderhalve meter afstand, toch geeft het mij een warm gevoel. Net zo warm als mijn gevoel in New York bij die twee bruggen. Met mijn vriendin, haar familie, mijn neef en de vrienden. Wat was dat een prachtige reis. Ik ben benieuwd wanneer we weer zo’n reis mogen maken. Misschien dan naar Brugge?

Tot volgende week,

K.

Deel dit bericht